Begin november besliste het hof van beroep dat de verkoop van landbouwgronden van de stad Gent aan ondernemer Fernand Huts onwettig is. Volgens de rechtbank gebeurde dat aan een te lage prijs en was de verkoop discriminerend. “Wij steunen de verkoop van de gronden buiten Gent om geld in het laatje te brengen”, reageert Vlaams Belang fractieleider Johan Deckmyn. “Maar enkel tegen een correcte prijs en voorwaarden.”

De gemeenteraad discussieerde maandagavond over de verkoop van 450 hectare landbouwgronden in Zeeuws-Vlaanderen door het Gentse OCMW. Het OCMW verkocht die gronden in 2016 aan Fernand Huts voor een bedrag van 17,5 miljoen euro. Een koppel uit Lokeren had ook hun oog laten vallen op de percelen en vond de verkoop discriminerend. Volgens het taxatieverslag was het stuk grond namelijk 22,5 miljoen euro waard in 2016. “Dat zorgde er ook volgens ons voor dat de verkoop problematisch was en herzien moest worden”, aldus Deckmyn.

“Er is nood aan een kader waarmee de verkoop van stadsgronden in de toekomst op een correcte manier kan verlopen”

Op 8 november besliste het hof van beroep die redenering te volgen en werd de verkoop aan Huts nietig verklaard. Er kwam ook kritiek op het feit dat de stad de in totaal 79 percelen in één keer wil verkopen. Op die manier zou het onmogelijk zijn voor particuliere landbouwers om een stuk grond van de stad te kopen. Volgens het Vlaams Belang moet de verkoop van de percelen dan ook opgesplitst worden. De partij riep in het verleden op zo veel mogelijk stadsgronden buiten Gent te verkopen onder meer om de sociale woningen van woonmaatschappij Volkshaard op te kopen.

Met de beslissing van het hof loopt het stadsbestuur wel inkomsten mis. De Gentse fractieleider vraagt bevoegd schepen Rudy Coddens (Vooruit) daarom zo snel mogelijk een oplossing uit te werken zodat de gronden aan een marktconforme prijs verkocht kunnen worden. “Er is nood aan een kader waarmee de verkoop van stadsgronden in de toekomst op een correcte manier kan verlopen”, besluit Deckmyn. “We willen dat de stad zo veel mogelijk gronden verkoopt, maar wel tegen en correcte prijs en voorwaarden. Zo mogen percelen niet in één keer verkocht worden zodat iedereen een bod kan doen.”